Het stokje van het Foodblogevent
Ik vond het een hele eer. En wat een geweldige foodblogs zijn er op het wereldwijdeweb.
Zes heel leuke recepten met een gerookt ingrediënt. Het onderwerp “Waar rook is, is vuur”, is gekomen door de chipotle die ik vond op het Internet.
Heel mijn groententuin en potten met allerlei pepers ben ik begonnen te kweken door een fles ‘Raspberry sauce with Chipotle’. Ooit eens toegestuurd gekregen door een aardige dame. Ik werd compleet verliefd op het zoete, zurige en peperige van de saus. Ik moest eerst wel even kijken wat nu precies een chipotle was. Kort gezegd: Een rijpe, vlezige jalapeño die als laatste geoogst wordt en al een deel van zijn vocht heeft verloren wordt gerookt tot zijn velletje bruin/ zwart is en verrimpeld. In Mexico is de chipotle populair. En Amerikanen maakten kennis met de chipotle door de Mexicanen die hem meenamen.
Ik denk dat ze gerookt werden om ze langer houdbaar te maken. Net zoals andere waren worden gerookt om ze langer houdbaar te maken. De jalapeño houdt wel zijn scherpte maar nu met een stevige rooksmaak.
Nadat de fles met Raspberry met Chipotle saus op was wist ik het zeker. Ik moest en zou dat ook maken. Zelf. Natuurlijk.
Op zoek naar de chipotle kwam ik er achter dat hij (destijds, het is al twee jaren geleden) in Nederland niet verkrijgbaar was. Met veel enthousiasme besloot ik dan maar de jalapeño pepers zelf te kweken, te oogsten en vervolgens te roken. Zoals ik al zei: Ik ben al twee jaren bezig. De pepers die ik vorig jaar te laat zaaide gaven geen pepers. Hier het verhaal.
Dit jaar gaat het beter al zijn de plantjes niet erg groot en is het niet heel erg zonnig. Maar er zitten flink wat bloemen in.
Omdat het in mijn hoofd bleef rondspoken bleef ik toch op zoek naar chipotle. Ik zag in mei dit jaar een blog post van Eetschrijver waar een link staat om ze te bestellen. Toen stonden mijn planten al (weer). En na wat rondkijken op de site waar ik mijn peperzaden had besteld zag ik tot mijn grote vreugde dat ze daar ook verkocht werden. Drie zakjes besteld. Direct. Volgens mij de laatste drie, want ik kan ze al een tijdje niet bestellen.
Ik heb er chiptole in adobesaus van gemaakt. De saus is zo te gebruiken maar je kunt er van alles mee maken. Mayonaise gemengd met een fijngehakte chipotle uit de adobesaus, salsa’s, marinades, dressings en natuurlijk mijn geliefde Frambozensaus met Chipotle. Waar ik eerst weer frambozenazijn voor moest maken.
“Waar rook is, is vuur” is mijn eigen ode aan deze gerookte peper. Rooksmaak en vuur in één.
Enfin.
De inzendingen zijn heel leuke recepten die ik allemaal eens uit wil proberen. Niets leukers dan zoveel inspiratie te krijgen van de recepten van anderen. Zo zond Winny een vegetarische quiche in. Wat een goed idee om het spek te vervangen door gerookte tofu. Dat rokerige hoort echt bij een quiche. Nu heb ik natuurlijk ook weer het plan opgevat om zelf tofu te gaan roken.
Marsepein kwam met een aardappelterrine waar het water me nog steeds van in de mond loopt. De gerookte zalm lijkt me een heerlijke combinatie op een warme zomerse dag. Die komen nog, is me beloofd.
De sticky ribs van Silke deden me bijna aan het scherm van mijn laptop likken. Ik vind alles dat bereid is met het bot eraan gewoon heel erg lekker. Misschien wel lekkerder dan zonder bot.
Zilte Zee zorgde er voor dat ik alvast mijn rookoven uit de schuur heb gehaald. Gerookte zalmforel, zelf gerookt. Er is weer een nieuwe missie geboren.
Gerry van GewoonLekkerGewoon maakte Makreelcreme-crostini met rauwkostsalsa. Die ga ik maken wanneer we weer eens veel gasten hebben. Wanneer we gaan trouwen bijvoorbeeld. *knipoog* Update volgt.
Last maar zeker niet least is Robin. Jeetje. Wat een werk heeft ze er van gemaakt. Het deed me denken aan mijn eigen missies. Met rode kaken van inspanning perse het willen maken. Linksom of rechtsom.
Robin maakte Thee gerookte eend uit Sichuan. Niet alleen was de zoektocht naar salpeter al een opgave, de eend moest eerst ontdooien, dan gemarineerd worden, overgoten worden met heet water, gedroogd worden, daarna gerookt worden, dan nog eens gestoomd worden en uiteindelijk in zijn geheel gefrituurd worden. Wow.
Robin: Ik wil me wel opofferen om de boutjes op te eten hoor!
Het stokje gaat naar Robin. Echt.
Ik vond het zo leuk om te lezen en het is zo bijzonder. Ook het feit dat ze hem om 3.22 uur nog op de site heeft gezet getuigd van heel veel passie. Of ik het zelf ooit zal maken weet ik niet. Ik denk dat een goede Chinees in de buurt een iets meer voor de hand liggende optie is.
Geef een antwoord