Heel vroeg vertrok ik in de ochtend om af te reizen naar België. Dat mijn keurige make-up en haren halverwege de fietstocht naar het station verdwenen waren, daar hebben we het even niet over…. Laten we zeggen dat het stopte met záchtjes regenen…
Eenmaal in de trein ging het eigenlijk allemaal best redelijk. De treinreis verliep, op één storing na, heel gladjes. Rond een uur of twee arriveerden we op het station Poperinge.
Met een paar andere genodigden zouden wij twee dagen lang alles te horen krijgen, en te weten komen over hop, bier en hopscheuten. Na de lunch gingen we op pad met een vintage VW busje. (Gaaf he?) (Rondje Westhoek kun je boeken. Heerlijk bier proeven en rond gereden worden in vintage VW busjes.)
Als eerste bezochten we de militaire begraafplaats. De eerste wereldoorlog speelt nog steeds een grote rol in Poperinge. Poperinge lag achter de linie en hier kwamen de gewonde soldaten om verzorgd te worden. En de soldaten die rust nodig hadden. De begraafplaats was heel indrukwekkend. Zoveel mensen.
Ik werd er een beetje triest van….
Hierna stapten wij weer in de Volkswagen bus. Op naar een bierbrouwerij. Natuurlijk! We zijn per slot in België! Wij bezochten Sint Bernardus. Gelegen in het uiterste puntje van West-Vlaanderen, te midden van “Le Plat Pays”, in het hart van de Westvlaamse hoppestreek.
Een bijzonder verhaal waarom de verpakking nu een rijke handelsman laat zien in plaats van een monnik. En een overzicht van alle bieren in de brouwerij. Ook doen ze veel export naar de USA, Japan en Israël. Voor alles is weer een andere verpakking gemaakt. Ik vond die van Japan echt prachtig!
Na wat biertjes te hebben gedronken gingen we weer op pad.
Naar het Hopmuseum. Want Poperinge staat bekend om zijn hopplanten. Een prachtig oud pakhuis waar al sinds mensenheugenis de hop werd gedroogd en verpakt.
De rondleiding begint bovenin het pakhuis. (Hoogtevrees? Neem gerust de lift!) Hier zien we de hopteelt door de eeuwen heen. Grappig weetje: alle kinderen in Poperinge hadden later de grote zomervakantie in België. Alleen omdat bij het begin van het nieuwe schooljaar ze nodig waren om te helpen bij de oogst van hop.
Verder zag je hoe hop gedroogd werd. Daarna verpakt. Dat verpakken werd gedaan door de ‘gele mannetjes’. Deze mannen stonden in de manshoge zakken de hop aan te stampen. Door het stuifmeel dat losliet waren ze aan het einde van de dag dus geel. Tegenwoordig gaat dat allemaal machinaal.
Hopscheuten het witte goud van Poperinge
Aan het einde van de dag hebben we heerlijk gegeten in het ’t Blauwershuys. Vroeger zaten daar de smokkelaars van tabak en drank. Tegenwoordig is het een heel fijn restaurant met een fantastische kok en zijn vrouw die ook gastdame is. We hebben daar, natuurlijk, hopscheuten gegeten. Met vis, kalfsvlees en kalfszwezerik.
Het toetjes met een bavarois van bier, daar droom ik nog steeds van!
In deel twee zal ik vertellen over de hoeve waar we zijn geweest. Daar worden de hopscheuten geteeld. En dat is best een werkje, op zijn zachts gezegd…
Disclaimer: Ik was op uitnodiging van het bureau voor toerisme Vlaanderen in Poperinge. Alle meningen zijn die van mijzelf.
Jaaaaa Nell! Ik wacht op de aanvoer in Nederland.
Nu ben ik natuurlijk heel nieuwsgierig geworden wat je vond van al dat witte goud. Ja, ja, het toetje was heerlijk … komt de smaak van hopscheuten in deel 2 aan de orde?